Looft looft de Heer gestadig
In goede en gezonde dagen
Mogen we God loven maar wat zal het groot zijn als we Hem in ziekte en plagen
Moge volgen door storm en ontei
Ook als we in boeie gevangen zitten
Niet wetend hoe het moet
Tog blijfen zingen van Gods wonderewerken
Midden in de storm van ons levenscheepje
Over de schepen rijkbevracht zien op de grote baren Gods gunst en macht
Dan mag Gods erlendige wel eens uit roepen
Hij doet de storm bedaren de golven zwijgen stil
Dan breekt die heil zon weer door
Die lucht groen kleurend van overwinning
De toekomst die soms onzeker schijnd
Ligt nu zo vast in dat bloed de overwinnings vlag die roodgekleurd is
Maar God bracht na zo veel tegenheden
Hen weer op’t rechte pad en richte hunne schreden
Naar die gewenste stad denk nooid te klein over de Heere
Van die Borg en middelaar
Denk maar groot over Hem
Die gebonden is om ons in vrijheid te zetten
En met gouden kettenen Gods volk te voeren en te lijden
Naar de vrijstad
Waak dan en bid