28 november 2021 Gods zorg over de arenden Deuteronomium 3210 Hij vond hem in een land der woestijn, en in een woeste huilende wildernis; Hij voerde hem rondom, Hij onderwees hem, Hij bewaarde hem als Zijn oogappel.11 Gelijk een arend zijn nest opwekt, over zijn jongen zweeft, zijn vleugelen uitbreidt, ze neemt en ze draagt op zijn vlerken;12 Zo leidde hem de HEERE alleen, en er was geen vreemd god met hem.